De zomer is eindelijk hier en dat stemt me gelukkig. Ik houd van verzengende hitte, laat mij maar lekker branden, schroeien en gloeien. De mythe dat het ‘te heet is om te koken’ veeg ik van mijn keukentafel. In het Midden-Oosten stoppen ze toch ook niet met het bakken van falafel in gloeiendhete olie als het kwik boven de 25 graden uitkomt? Daarom. Yallah, zet je oven dus maar vast aan!

Met deze insteek bakte ik laatst een hele voorraad polentafrieten en ik at daar een Arabische salade bij. Het voordeel is dat je die frieten dan later in de week nog opnieuw kan opwarmen en eten. Hieronder lees je hoe je dit feestmaal maakt.

Arabische salade met labneh

Deze salade is fris maar ook pittig en zoet hier en daar. Ze heeft alles wat je nodig hebt wanneer het te warm is om te ademen.

Boontjes

Week de boontjes 10-12 uur in een kom met ruim koud water. Kook ze 20 – 40 minuten met een theelepel baking soda. Het kan ook langer duren voor ze gaar zijn; dit verschilt vaak per merk. Houd ze wel in de gaten, je wil ze ook niet tot een puree koken; ze moeten wel heel blijven. Ik weet het, die boontjes vereisen wel even wat voorbereiding maar wees niet overweldigd lieve lezer! Als je ze nou op een zondagochtend in koud water zet dan kun je ze ‘s avonds gaar koken en heb je op maandagavond de basis van deze salade al klaarstaan in de koelkast. En als je dan wat meer boontjes weekt, kun je ze de rest van de week gebruiken voor in een soep of om een witte bonen-hummus van te maken.

Maak de granaatappel open en haal de pitjes uit één helft.

Snijd (of hak als je boos bent) de:

• radijsjes
• paprika
• ingemaakte citroen
• jalapeno peperringetjes
• munt
• en peterselie

in kleine stukjes. Zoals dat hoort bij een Arabische salade. Doe hetzelfde met de tomaten maar haal de natte binnenkant eruit, anders wordt de salade teveel een soep. Healthfreaks mogen dit sap bewaren en opslurpen (of hun lichaam ermee insmeren; whatever) – dat is juist datgene wat tomaten zo gezond maakt, heb ik gehoord.

Doe alle fijngesneden ingrediënten in een kom. Voeg de boontjes eraan toe. Kijk even hoeveel boontjes je erbij wil doen – ze zijn de vulling voor de salade maar niet de smaakmakers dus overdrijf niet. De rest bewaar je om iets anders mee te maken.

Dan heb je dit:

Besprenkel de salade met een goeie olijfolie, een beetje citroen en garneer met een paar bolletjes labneh en met de za’atar en sumak. Ik vond dit prachtige labneh emmertje bij Tigris en Eufraat:

Je kan er wat brood bij serveren of niet of als je op dreef bent en wil zweten in je keuken, lees je hier hoe je polentafrieten maakt!